Stadsgedicht 14
Kerstmis
lijkbleek ligt het
kind
snikkend op
glimmend glad wit
ze schraapt haar
keel
klopt glitterend
ijsvijlsel
van haar knikkende
knieƫn
even piekte ze
hoger dan
de reusachtige
kerstboom
vol ijsbloemen
die het kerkplein
versiert
mensen slingeren
lachend langs
verliezen hun
stekeligheid
bij volle glazen
warme wijn
rode hoofden
gloeien
totdat men
stugheden vergeet
scheve schaatsen
vergeeft
zich met
onbedoelde koeltes verzoent
jammer
dat dit
te vaak alleen
onder druk
van dreigende
dennennaalden
lukt
Marco van der
Bij, 6 december 2013
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Geef je reactie....